Geloof Is Geen Wensdenken. Het Is Defiance.

wat drijft u?

het was een zaterdag, en ik draaide op de TV voor een buitengewoon lange tijd. Schijnbaar was alles Fitnessapparatuur, hoe onroerend goed rijk te worden zonder geld naar beneden, en stappen naar financiële zekerheid. Zoveel als we allemaal sport van dit soort dingen maken, het trekt ons aan. Dat komt omdat we zijn “wired” voor de wet: vertel me wat te doen, en Ik zal het gedaan.

Gods wet is aangeboren, in ons geweten, een deel van onze morele samenstelling. De wet kan ons leiden, maar ze kan ons niet drijven—behalve tot wanhoop of tot zelfgenoegzaamheid.

de kerkvader Augustinus definieerde de zonde als op onszelf gekromd zijn. Alleen Gods belofte kan ons uit onszelf en onze eigen programma ‘ s voor acceptatie verdrijven voor onszelf, andere mensen en God. Terwijl het christelijke leven volgens de Schrift doelgericht is, is het promise-driven.

samen brengen Genesis 15 en Romeinen 4 Dit punt krachtig naar voren.

worstelen met de belofte (Genesis 15)

Abrams grootste probleem is dat hij geen erfgenaam heeft, niemand die de roeping die God Hem gegeven heeft, kan voortzetten. Zijn wereld, zoals hij die ziet, is somber.Na deze dingen, het woord van de Heer kwam tot Abram in een visioen, “wees niet bang, Abram, Ik ben uw schild; uw beloning zal zeer groot zijn.”(Gen. 15:1)

merk op, in deze openingstoespraak is het pure belofte.Toch vraagt Abram zich af: “Here God, wat zult u mij geven, want Ik blijf kinderloos en de erfgenaam van mijn huis is Eliezar van Damascus? . . . Gij hebt mij geen Zoon gegeven, en daarom zal een slaaf, die in mijn huis geboren is, mijn erfgenaam zijn” (vv. 2–3). Niettemin, God weer tegen met de belofte, het aanbieden van de ontelbare sterren als een teken van de krioelende nakomelingen die zullen komen uit Abram ‘ s lendenen.Abram ‘ s reactie is noch blind optimisme, noch positief denken. Hij gelooft.

geloof schept niet; het ontvangt. De prediking van de belofte schiep het rechtvaardigende geloof, en dit teken en zegel bevestigde en bekrachtigde het. Vanuit zijn geloofsbelijdenis zette Abram zijn pelgrimstocht voort—niet op basis van Sarai ‘ s vruchtbaarheid of zijn lichamelijke kracht, maar alleen op basis van het woord. Sarai ‘ s onvruchtbare baarmoeder is het doek waarop God een nieuwe schepping zal schilderen. En ze worden allebei omgedoopt. De belofte geeft ze een nieuwe identiteit.

vervulling van de belofte (romeinen 4:13-25)

in romeinen 4 brengt Paulus Abraham naar de getuigenbank als een voorbeeld voor ons—niet voornamelijk als iemand wiens heiligheid we kunnen navolgen, maar vooral als iemand voor wie de belofte werkte, hoewel hij dat niet deed. De wet is niet het probleem, wij wel. De wet wijst daar gewoon op. Wettelogica is volledig geschikt voor degenen die naar Gods beeld zijn geschapen, ontworpen en toegerust om God ‘ s gerechtigheid op elke manier te weerspiegelen. Maar het zegt niets over hoe wetsovertreders kunnen worden gered van zijn oordeel.

in Romeinen 3:21-26 had Paulus aangekondigd dat wet-logica alleen de gerechtigheid kan verkondigen die God is. Het veroordeelt ons die er niet aan voldoen. Dan komen we bij hoofdstuk 4. De vraag die recht en belofte in een scherp contrast brengt is dit: hoe verkrijgt men de erfenis van de hemelse rust?

maar voor hem die niet werkt, maar gelooft in Hem die de goddelozen rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot gerechtigheid, net zoals David ook de zaligheid beschrijft van de mens aan wie God rechtvaardigheid toerekent zonder werken. (ROM. 4:5-6)

God is nooit dichter bij ons, zegt Paulus, dan wanneer Christus aan ons gepredikt wordt (vers 8).

het is belangrijk om te erkennen dat Gods beloften niet alleen een belofte van een toekomstige werkelijkheid zijn; ze brengen die werkelijkheid in het heden tot stand. De verkondigde belofte (of het evangelie) schept geloof, net zoals de wet veroordeling teweegbrengt. De wet waarschuwt ons niet alleen voor Gods komende toorn, het “brengt toorn voort”, net zoals de straf van de rechter de veroordeling van een crimineel uitwerkt. Door de hele Schrift heen wordt ons geleerd dat Gods Woord effectief is: het brengt alles tot stand wat God spreekt, of het nu in de schepping, de Voorzienigheid of de verlossing is. Gods woorden zijn inderdaad “actief en levend” (Hebr. 4:12).Net zoals God de wereld tot bestaan sprak zonder enige bijdrage van geschapen dingen, zo spreekt hij een nieuwe wereld van verlossing tot bestaan. Redding komt dus niet door bepaalde dingen te doen, maar door bepaalde dingen te horen en ze te omhelzen door geloof.

Wat Drijft U Werkelijk?

in de conclusie van dit opmerkelijke hoofdstuk schrijft Paulus:

Nu werden de woorden, “het werd aan hem gerekend,” niet alleen voor hem geschreven, maar ook voor ons. Wij, die in Hem geloven, die Jezus, onze Heer, uit de doden heeft opgewekt, die ter dood is overgeleverd voor onze overtredingen en opgewekt is voor onze rechtvaardiging, zullen dit rekenen. Daarom, omdat wij gerechtvaardigd zijn uit het geloof, hebben wij vrede met God door onze Here Jezus Christus, door wie wij toegang hebben gekregen tot deze genade, waarin wij staan; en wij roemen in onze hoop de heerlijkheid Gods te delen. (ROM. 4:23-5:1)

Abrahams geloof tartte elke mogelijkheid die hij zag, ten gunste van het ‘onmogelijke’ woord dat hij hoorde. Geloof is dus ongehoorzaamheid; God vertrouwen is iedere andere belofte-maker wantrouwen.

de wereld doet veel beloften. Zelfs de kerk kan een plaats worden waar mensen het idee krijgen dat ze alleen maar bestaan om het koninkrijk in te luiden door in commissies te dienen en betrokken te zijn bij duizend programma ‘ s.

uiteindelijk zullen we echter opgebrand raken op goed advies. Wat we nodig hebben is goed nieuws.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.