(1) binnen dertig dagen na de datum van deze betaling of voldoening stelt de Vennootschap de griffier in de voorgeschreven vorm in kennis van de volledige betaling of voldoening van de op grond van dit hoofdstuk ingeschreven kosten; de bepalingen van afdeling 77, eerste alinea, zijn, voor zover van toepassing, van toepassing op de op grond van deze afdeling verstrekte inlichtingen.
op voorwaarde dat in het geval van een bepaalde naamloze vennootschap van het IFSC , de griffier op verzoek van de Vennootschap kan toestaan dat deze inschrijving plaatsvindt binnen een termijn van driehonderd dagen na de oprichting, tegen betaling van de eventueel voorgeschreven extra taksen.
op voorwaarde dat in het geval van een bepaalde besloten vennootschap van het IFSC, de griffier op verzoek van de Vennootschap kan toestaan dat deze inschrijving plaatsvindt binnen een termijn van driehonderd dagen na de oprichting, tegen betaling van de eventueel voorgeschreven extra taksen.
op voorwaarde dat de griffier op verzoek van de Vennootschap of van de houder van de heffing kan toestaan dat deze mededeling van betaling of voldoening wordt gedaan binnen een termijn van driehonderd dagen te rekenen vanaf deze betaling of voldoening tegen betaling van de eventueel te bepalen extra taksen.
(2) De Griffier, na ontvangst van de kennisgeving van sub-paragraaf (1), het veroorzaken van een bericht te worden verstuurd naar de houder van de kosten van een beroep op hem te laten zien, binnen die tijd niet meer dan veertien dagen, zoals bepaald in de bekendmaking, waarom betaling of voldoening in het volledige mag niet worden geregistreerd als meegedeeld aan de Griffier, en als er geen oorzaak wordt weergegeven, door die houder van de rekening, de Griffier opdragen een memorandum van tevredenheid zal worden ingeschreven in het register van de kosten dat wordt bijgehouden door hem in het kader van artikel 81 en stelt het bedrijf dat hij dat gedaan heeft:
op voorwaarde dat de in deze subafdeling bedoelde kennisgeving niet behoeft te worden gezonden, indien de aanwijzing ter zake aan de griffier in de daartoe voorgeschreven vorm geschiedt en door de titularis is ondertekend.
(3) Indien een oorzaak wordt aangetoond, neemt de griffier hiervan een aantekening in het register van kosten en stelt hij de vennootschap daarvan in kennis.
(4) geen van de bepalingen van deze afdeling wordt geacht afbreuk te doen aan de bevoegdheid van de griffier om overeenkomstig artikel 83 een inschrijving in het register van kosten te doen, of anders dan na ontvangst van een aanwijzing van de vennootschap.